Brevetten
Je zwemt een afstand met een officiële zwemslag: rugcrawl, borstcrawl of schoolslag. Af te leggen afstanden zijn: 50 meter, 100 meter, 200 meter, 400 meter, 800 meter, 1000 meter, 1500 meter, 3000 meter
Zwembadveilig
Zwembadveilig – 25 meter – Leren veilig zwemmen
1) Ik kan met een oppervlakteduik door een hoepel zwemmen
2) Combinatietest, Ik kan:
In het water springen in diep water
12 meter voortbewegen in buiklig (met arm- en beenbeweging)
Draaien als een vuurtoren
12 meter voortbewegen in ruglig (met arm- en beenbeweging)
Op de kant opduwen en uit het zwembad klimmen.
Zwembadveilig – 50 meter – Leren veilig zwemmen
Combinatietest:
Ik kan 50 meter zwemmen met de volgende vaardigheden in het water
1e lengte in buiklig:
Met 2 voeten afstoten van de muur en gestrekt pijlen
Met een oppervlakteduik een ring opduiken en 10 meter zwemmen
ter plaatse 3 keer traag en 3 keer snel aquatisch ademhalen
10 m zwemmen met tussendoor kip aan het spit
Ter plaatse 10 seconden watertrappen
2e lengte in ruglig:
Kip aan het spit
10 meter zwemmen met alleen beenbeweging
10 seconden drijven als een ster
10 meter zwemmen met alleen armbeweging
Zwembadveilig – 100 meter – waterveilig basis
Combinatietest:
Ik kan 100 meter zwemmen met volgende vaardigheden in het water:
1e Lengte: na een achterwaartse val 5 meter onder water zwemmen, gevolgd door zwemmen in buiklig
2e Lengte: 10 seconden wuiven met 1 hand, gevolgd door zwemmen in ruglig
3e Lengte: een koprol voorwaarts uitvoeren, gevolgd door zwemmen in buiklig
4e Lengte: een lengte zwemmen met 1 hand boven water
De vaardigheden bij de combinatietest worden na elkaar uitgevoerd zonder stoppen.
De test wordt afgelegd in een zwemstijl naar keuze, zowel in buiklig als in ruglig.
De test wordt afgelegd in badkledij, met zomerkledij of met winterkledij.
Zwembadveilig – 100 meter plus – waterveilig basis
Combinatietest:
Ik kan 100 meter zwemmen met volgende vaardigheden in het water:
1e Lengte: na een duik in diep water 10 meter onder water zwemmen, gevolgd door zwemmen in buiklig
2e Lengte: 30 seconden wuiven met 1 hand, gevolgd door zwemmen in ruglig
3e Lengte: een koprol voorwaarts uitvoeren, gevolgd door een koprol achterwaarts, gevolgd door zwemmen in buiklig
4e Lengte: een lengte zwemmen in een zijwaartse houding, met 1 hand, zowel links als rechts
De vaardigheden bij de combinatietest worden na elkaar uitgevoerd zonder stoppen.
De test wordt afgelegd in een zwemstijl naar keuze, zowel in buiklig als in ruglig.
De test wordt afgelegd in badkledij, met zomerkledij of met winterkledij.
Reddend zwemmen
- Ik kan met een redderssprong in het diepe water gaan gevolgd door 50 meter zwemmen in losse kledij met het hoofd boven water.
- Ik kan 10 meter onder water zwemmen door een hindernissenparcours gevolgd door 15 meter op mijn rug zwemmen met mijn polsen boven water.
- Ik kan een persoon op een drijvend voorwerp redden (Combinatietest).
- Ik ben gekwetst geraakt en red mezelf uit het water (Combinatietest).
- Ik kan duiken in het diepe water en na 15 meter onder water zwemmen een voorwerp opduiken in het ondiepe water gevolgd door 10 meter op mijn rug zwemmen met het voorwerp en mijn polsen boven water.
- Ik kan een persoon in het diepe water redden (Combinatietest).
- Ik ben oververmoeid en red mezelf uit het water (Combinatietest).
- Ik kan duiken in het diepe water en 25 meter onder water zwemmen.
- Ik kan een drenkeling in het diepe water redden (Combinatietest).
- Ik ben gevallen en red mezelf uit het water (Combinatietest).